NIEUWE BEIAARD VOOR DE ABDIJ VAN SAINT-MAURICE
 
  De abdij van Saint-Maurice  

SAINT-MAURICE - Op 22 september 2004 werd een nieuwe beiaard ingehuldigd in de imposante romaanse toren van de abdij van Saint-Maurice in de Valais (Zwitserland). Dit instrument bestaat uit 45 nieuwe klokken van Eijsbouts (Nederland) en 4 oude luidklokken. Met als basis een cis1-klok transponeert de beiaard een halve toon omhoog. Het klavier is een variant van het "Strauss"-klavier. Op dit moment is de beiaard van Saint-Maurice de grootste van Zwitserland.

Andreas Friedrich en François Roten   _________________________

INLEIDING
De abdij van Saint-Maurice van Agaune, gesitueerd in Laag-Valais, werd gesticht in 515. Ze dankt haar ontstaan aan het gedenkteken dat gebouwd werd op de plaats van het drama van de martelaar Maurice en zijn gezellen - Thebaanse soldaten die aan het einde van de 3de eeuw omwille van hun geloof werden vermoord. Na 380 werd op de betreffende plek een kerk gebouwd, waarna in het jaar 515 op initiatief van koning Sigismond van Bourgondië op deze plaats een abdij werd gesticht. Sinds dat jaar heeft het kloosterleven op deze hoge plaats van het Christendom nooit enige onderbreking gekend.

De romaanse klokkentoren van de abdij dateert van het begin van de 11de eeuw. Hij werd in 1945 gerestaureerd, na ernstige schade ten gevolge van een gevallen rotsblok dat loskwam van een klif boven de abdij. Met een bijna vierkante plattegrond van 10 op 11 meter en een hoogte van 49 meter, bevat de toren 8 luidklokken waarop men de gewoonte had te beieren volgens een eigen traditionele methode, door aan zelen en kettingen te trekken die verbonden waren met de klepels. De grootste klok is 'Trinitas', aan de abdij geschonken ter gelegenheid van het grote Jubileum van het jaar 2000. Deze bourdon van vier ton (gis0) werd in 1998 door klokkengieterij Paccard in de scheepswerven van Nantes gegoten, als een proefklok voor de gieting van de millenniumklok van meer dan 30 ton, die thans in de stad Newport (Kentucky, USA) te horen is.

DE NIEUWE BEIAARD
In 2001, na de installatie van 'Trinitas', betoonde een oud-leerling van het abdijcollege interesse voor het campanaire patrimonium van de abdij en doneerde een gift die het mogelijk maakte een groot project te lanceren: de installatie van een beiaard van enkele octaven.

De ruime toren bood genoeg plaats aan een grote beiaard, maar de eerste ideeën van de beiaardier waren tamelijk bescheiden. Hij voorzag een instrument van drie octaven op e1, gebruikmakend van alle luidklokken van Dreffet/Treboux uit 1818. De twee grootste nog aan te schaffen klokken zouden dan niet meer dan 550 kg en 300 kg hebben gewogen. Maar terwijl het project zich ontwikkelde ging men zich meer en meer richten op een ambitieuzer instrument, waarin de luidklokken cis1 (Rüetschi 1947) en 'Trinitas' (gis0) werden geïntegreerd.

Na een internationale aanbesteding werd bij Eijsbouts uit Asten de order geplaatst voor een instrument van vier octaven gebaseerd op cis1, volledig chromatisch vanaf dis1 en met gis0 als onderkwint.

De beiaard omvat slechts vier oude klokken (gis0, cis1, e1 en fis1) aangevuld met 45 nieuwe (dis1, f1, g1 tot en met cis5) met een totaalgewicht van 6.800 kg. Een gedetailleerde analyse toonde namelijk aan, dat maar vier van de acht oude klokken in aanmerking kwamen voor integratie in de nieuwe beiaard. De kleinste vier zijn daarom nagemaakt, waarbij de oude, zoals vroeger, als luidklok dienst blijven doen.

De beiaard van Saint-Maurice telt nu dus 49 klokken met een totaalgewicht van ongeveer 14 ton aan brons, hetgeen hem tot het grootste instrument van Zwitserland maakt.

De nieuwe klokken werden in het benedendeel van de top van de toren opgehangen in een stalen klokkenstoel, net boven de eikenhouten klokkenstoel uit 1945, die niet werd aangepast en nog steeds voor de luidklokken in gebruik is.

Op het moment kan de beiaard niet automatisch klinken. Met de mogelijkheid van de installatie van een dergelijke automaat werd bij de ophanging van de klokken echter wel rekening gehouden.

HET KLAVIER
Na een bezoek aan de beiaarden van Zutphen, Lochem en Nijmegen in juli 2002, werd besloten een klavier te kiezen dat grotendeels overeenkomt met het Keyboard 2000, zoals ontworpen door Richard Strauss, en dat mogelijk de nieuwe internationale standaard wordt.

Omdat de beschikbare ruimte tussen de balken van de klokkenstoel uit 1945 te klein was om een pedaal van twee volledige octaven te installeren, eindigt het bovenste octaaf met de a-toets. De as klavier-pedaal correspondeert met de Amerikaanse standaard, maar gezien de relatief kleine breedte van het ingekorte pedaal, heeft men afgezien van een concave en radiale geometrie. Uiterst links werd een pedaaltoets g0 aangehecht aan de basklok 'Trinitas', terwijl een bes0-toets werd toegevoegd in afwachting van een toekomstige uitbreiding.

MONTAGE EN INAUGURATIE
De klokken werden op zondag 20 juni 2004 op het plein voor de basiliek plechtig gewijd. De volgende dag werden de stalen delen van de klokkenstoel door een kraan in de toren gehesen. Op 23 juni volgden de klokken. Het montagewerk duurde drie weken en werd uitgevoerd door een team van vier technici van klokkengieter Eijsbouts.

Op 22 september 2004, ter gelegenheid van het jaarfeest van de heilige Maurice, patroon van de abdij, en zijn door de marteldood gestorven companen, werd het instrument ingehuldigd met medewerking van Andreas Friedrich, vice-president van de Beiaard Wereld Federatie, en kanunnik François Roten, organiste, koorleider en beiaardier van de abdij. Bij die gelegenheid beklommen velen de 145 treden van de klokkentoren om de keurige reeksen nieuwe klokken te bewonderen.

Tot slot verzorgde de Nederlandse meester-beiaardier Arie Abbenes op zondag 26 september een inwijdingsconcert dat rechtstreeks door de Zwiterse Radio Suisse Romande werd uitgezonden, zodat muziekliefhebbers in het hele land de kwaliteit van het nieuwe instrument in de klokkentoren van de abdij van Agaunum konden vaststellen.

DE TOEKOMST
Na het verlies van de grote Petit & Fritsen-beiaard van Libingen uit 1965/67 (achtereenvolgens ontmanteld, geherinstalleerd te Salavaux, getransformeerd naar de reizende beiaard 'Papageno' en uiteindelijk in 1996 aan het buitenland verkocht), bezit Zwitserland met het instrument in Saint-Maurice opnieuw een beiaard met niet alleen een omvang van meer dan drie octaven, maar die ook beantwoordt aan de hoogste eisen qua stemming en kwaliteit van het transmissiesysteem.

De eerste concerten hebben aangetoond dat de bijzonder grote klokkenkamer met zijn veelvoudig weerkaatsende wanden en de daardoor ontstane echo's een kalme en zachte toon creëert. Dit instrument leent zich daarom uitermate voor het uitvoeren van romantische muziek.

Aangezien het carillon van Saint-Maurice het eigendom is van een instituut dat een belangrijke plaats inneemt in de sacrale muziek van Zwitserland, waardoor het in staat zou moeten zijn om te garanderen dat het instrument regelmatig door gekwalificeerde musici zal worden bespeeld, wordt gehoopt dat de realisatie van deze beiaard het startpunt zal zijn voor nieuwe ontwikkelingen in de beiaardkunst in Zwitserland.

 

Back